Duco Krook kan gerust het levende bewijs worden genoemd van hoe een eredivisievolleyballer zichzelf zelfs op latere leeftijd kan blijven ontwikkelen en verbeteren. Op 28-jarige leeftijd is de rek er nog altijd niet uit. In zijn derde seizoen in Apeldoorn is de middenaanvaller met Draisma Dynamo volop in de race voor zijn derde landstitel in successie.
Toen hij in de zomer van 2021 in het kielzog van zijn maatje Daan Haanappel van VoCASA naar Apeldoorn kwam, wilde de voormalige aanvoerder van de Nijmeegse club vooral ervaren of hij het hogere niveau aankon. Hij had nota bene zelf contact opgenomen met Redbad Strikwerda en greep vervolgens de kans die de trainer hem bood met beide handen aan.
Op basis wilskracht en vastberadenheid veroverde hij zijn plek. Inmiddels valt Krook nauwelijks meer weg te denken uit de selectie van de regerend landskampioen. Persoonlijke progressie boekt hij naar eigen zeggen nog altijd. “Qua serve en ook blokkerend vind ik dat ik wel weer vooruit ben gegaan. Aanvallend is het hetzelfde gebleven. Al komt dat mede door de wisseling van setters”, meent Krook.Nu het eredivisieseizoen in de beslissende fase aanbeland, gaat het erom spannen. Dat Draisma Dynamo na de afsluitende wedstrijd in de A-poule tegen Numidia VC Limax liefst zestien dagen geduld moest hebben om aan de best-of-five serie in de halve finale te kunnen beginnen, is een uitvloeisel van de nieuwe opzet van de play-offs.
Stilzitten was er voor Krook c.s. overigens niet bij. Zij werden in de tussenliggende tijd op de trainingen door Strikwerda stevig onder handen genomen. Met de met 4-1 gewonnen oefenwedstrijd tegen Gent afgelopen donderdag als nuttig tussendoortje. “Zo’n oefenpotje is dan wel fijn. Je speelt dan toch weer een wedstrijd”, maakt de middenman duidelijk hoe de ploeg de afgelopen twee weken toewerkte naar de serie wedstrijden tegen Nova Tech Lycurgus.Op het spelen van die reeks in de halve finale en wellicht aansluitend de finale verheugt de tweevoudige landskampioen zich. Het nut van het nieuwe systeem met een A- en een B-poule trekt hij daarentegen in twijfel. “Het zijn extra wedstrijden. Eigenlijk maakt die A-poule niets uit. In principe heb je altijd een kans. Onze laatste wedstrijd tegen Limax ging nergens meer om”, vindt Krook. Ook bij dat de halvefinalisten en finalisten in het uiterste geval in een relatief kort tijdsbestek een hele rits duels moeten afwerken, fronst hij de wenkbrauwen. “Je propt tien wedstrijden in twee weken.”
Het verloop van het seizoen tot dusverre geeft Krook hoop op een goede afsluiting. Hij is van mening dat Draisma Dynamo met de tweede plek in zowel het reguliere eredivisieseizoen als in de A-poule naar behoren presteerde. “Er is bij ons niet per se paniek als we een keer van de andere topteams verliezen. Het liefst wil je alles winnen. In de reguliere competitie hebben wij nul fouten gemaakt tegen de lager geklasseerde ploegen. De anderen hebben dat wel gedaan. Voor hen waren dat heel zure punten.”
Van extra druk of spanning is volgens de ervaringsdeskundige geen sprake. Krook en het overgrote deel van zijn teamgenoten hakten al eerder met dat bijltje. “Het gaat er bij ons niet om dat we koste wat kost kampioen moeten worden omdat er een bult geld tegenaan is gegooid. Redbad traint meer op persoonlijke groei. En als dat goed verloopt, kan je als team weleens een prijs pakken. De Supercup hebben we al. Een landskampioenschap is het einddoel.”De ervaringen die hij gedurende het huidige volleybaljaar met Draisma Dynamo opdeed in Europees verband noemt de man uit Veghel leerzaam. De kwalificatievierkamp voor de Champions League in Innsbruck en de duels voor de CEV Cup in Montenegro en Turkije wezen de spelers van de Nederlandse kampioen vooral op hun tekortkomingen. “Het werkt zeker niet demotiverend wanneer je zulke wedstrijden verliest. In tegendeel zelfs. Het motiveert”, aldus Krook.
De confrontaties met Montenegrijnse Budva brachten Krook met Draisma Dynamo letterlijk en figuurlijk aan de rand van de afgrond. “We speelden daar in een schuur met lampen. Omdat je niet naar Montenegro kan vliegen, vlogen we naar Tirana. Vandaar was het nog twee of drie uur met de bus. Over allerlei bergwegen. Ik heb de ogen maar dicht gedaan. We zaten er in zo’n all-inclusive hotel, echt een paleis. In de wedstrijd lukte het niet. En dan hadden we nog eens te maken met lijnrechters van hun. Die hebben ons een paar keer goed genaaid. Thuis hebben we het rechtgetrokken. Al is zo’n Golden Set altijd weer een ding. Het werd heel spannend. Ik moest zelf nog serveren op matchpoint tegen”, beseft de middenaanvaller dat het kantje boord was.De aansluitende dubbele ontmoeting tegen Fenerbahçe noemt hij een hoogtepunt. “Heel Omnisport zat vol. Dat gebeurt niet zo vaak. Dat was heel gaaf. Leuk, zo’n club met zo’n enorme fanbase. Al was het wel zo dat van al die Turken die hier waren er maar weinig echt verstand van volleybal hadden. Alles is Fenerbahçe voor die mensen. Ze bleven zingen. Als tegenstander was Fenerbahçe een maatje te groot voor ons. Die jongens spelen in de top van Turkije. De Turkse competitie is wel één van de beste competities die er is. We pakten thuis wel een set. Naar die uitwedstrijd in Istanbul ga je vooral voor de ervaring en de reis.”
Met de ontknoping van het seizoen in zicht, kijkt Duco Krook al voorzichtig vooruit. “Ik moet voor mezelf kijken wat ik wil naast het volleybal. Ik moet ook maatschappelijk iets gaan opbouwen. Ik ben nog zoekende. Ik stop niet met volleyballen. Ik ga sowieso nog in de eredivisie aan de slag. En of dat bij Draisma Dynamo zal zijn of bij een andere club, dat weet ik nog niet. Ik praat er ook over met Redbad. Sinds ik hier ben, heb ik een goede band met hem opgebouwd. Hoe hij om zijn spelers geeft, dat vind ik mooi. Redbad gunt zijn spelers het beste”, is hij vol lof over zijn trainer
Eerst wil Krook met Draisma Dynamo het huidige seizoen in gepaste stijl afsluiten en de landstitel prolongeren. “Het is een heel knappe prestatie die wij vorig jaar hebben geleverd. Ik weet daarom zeker dat we het nu weer kunnen.”
📸Wout van Zoeren