Om een groep getalenteerde volleyballers in teamverband boven zichzelf uit te laten stijgen is het uiterst nuttig om veel vlieguren te kunnen maken. Ervaringsdeskundige Jeroen Rauwerdink ziet krachtmetingen in Europees verband als een extra stimulans voor het groepsproces. “Europacupwedstrijden zijn de kersen op de taart.”
Wie is Mister Europe Cup?
Voor een titel Mister Europa Cup kan in Draisma Dynamo-kringen feitelijk alleen Rob van den Berg in aanmerking komen. De flamboyante verzorger reist met zijn jongens al kriskras het hele continent over sinds Dynamo’s Europese ontgroening door Galatasaray in het najaar van 1986.Niemand in de huidige selectie kent kostelijkere anekdotes over wat er zoal schuilging achter onbuigzame IJzeren Gordijnen dan Dynamo’s eigen Europa Cup-veteraan. In Jekaterinenburg, op meer dan 4000 kilometer van huis, haalde een delegatie van het Rode Leger de aimabele kinesist en de overige leden van een verbluft Apeldoornse gezelschap zelfs al eens met een heuse tank op…
Genoeg airmiles verzameld
Jeroen Rauwerdink weet eveneens als geen ander bij wat er komt kijken als er in clubverband grenzen worden overschreden. De doorgewinterde volleybalnomade draafde in zijn glorierijke carrière op in maar liefst drie Europese finales. Al in 2003 was Rauwerdink als jong broekie van de partij toen Dynamo de Top Teams Cup in de wacht sleepte. Als speler van Andreoli Latina moest hij dertien jaar later met zijn Italiaanse club in de eindstrijd om de CEV Cup in twee wedstrijden buigen voor het Turkse Halkbank Ankara. Met zijn Griekse werkgever Olympiacos was Rauwerdink in 2018 in de Challenge Cup-finale niet opgewassen tegen Bunge Ravenna. Ondanks dat het hem in twee van de drie gevallen ‘slechts’ zilver opleverde, had de man met de meeste airmiles binnen Draisma Dynamo’s keurkorps deze ervaringen voor geen goud willen missen.
Met tranen in de ogen
“Het heeft mij enorm veel gebracht. Natuurlijk zijn zulke finalewedstrijden altijd speciaal. Je traint 25 uur per week om juist in dié ene wedstrijd goed te zijn. Toen ik de finale haalde met Latina was het al mijn vijfde jaar in Italië. Voordien had ik nooit bij een club gezeten die Europees speelde. En dan kom je meteen zó ver. Al is het door de opzet van de toernooien voor Italiaanse clubs misschien wel iets makkelijker om ver te komen. Met Olympiacos was het traject dat we moesten doorlopen moeilijker. Wat mij van die finales met Olympiacos vooral is bijgebleven, is de speciale sfeer die in de hal hing bij de thuiswedstrijd. Het zinderde gewoon vanaf de tribunes. Zoiets voel je in het veld. Ik heb teamgenoten al bij het betreden van de hal met tranen in de ogen zien staan. Jammer dat je die finales dan niet wint.”
Bas van Goor kijkt terug
Bij de eerste editie van het onlangs gehouden Draisma Dynamo-Sportcafé diepte tafelgast Bas van de Goor uit zijn geheugen op hoe Dynamo mede dankzij een ontketende Rauwerdink de meest aansprekende prijs uit de clubhistorie won: de Top Teams Cup, de voorloper van de huidige CEV Cup. Achter het stuur van een auto plaatsnemen mocht hij nog niet, toch steeg het jochie in kwestie op die onvergetelijke zestiende maart van het al even onvergetelijke jaar 2003 boven zichzelf uit bij de ontmanteling van het Oekraïnse LokomotivKharkiv.
Onbevangen in een flow
Het ‘sloopkanon’ zelf kan meer dan zestien jaar na dato nog altijd moeilijk een verklaring vinden voor hoe hij destijds in een uit zijn voegen barstende sporthal Mheenpark tekeer ging.“Ik heb werkelijk geen idee of ik dat niveau nu weer zou kunnen halen. Ik was zeventien jaar, kwam van Cito uit Zeist en had eigenlijk totaal geen idee waar ik mee bezig was. In die wedstrijd raakte ik in de zogenaamde flow. Pas achteraf merkte ik wat het winnen van die beker losmaakte, hoeveel het betekende voor de club en alle mensen die nauw bij de club betrokken zijn”, merkt Rauwerdink op.
“Mijn eerste jaar bij Dynamo was sowieso fantastisch. In alle opzichten. Met die Top Teams Cup. Met een landstitel. Daarna hebben we drie jaar gestruggled om opnieuw kampioen te worden. Mijn tweede kampioenschap heb ik veel bewuster beleefd. Om dat te bereiken moesten we veel harder vechten. Het maakte de ontlading nóg groter. Mijn eigen bijdrage daarin was ook veel groter.”
Voor het eerst naar Engeland
Aan de vooravond van de dubbele ontmoeting met IBB Polonia in de zestiende finales van de CEV Cup realiseert de routinier zich hoe belangrijk verder bekeren kan zijn voor de verdere ontwikkeling van het team. Confrontaties met onbekende tegenstanders uit andere competities doorbreken niet alleen de dagelijkse sleur, ze vergen mede door de vaak lange reizen naar de uitwedstrijden een afwijkendevoorbereiding. “Europa Cup is altijd speciaal. Polonia betekent voor mij een primeur. In al die jaren ben ik nog nooit in Engeland geweest. Voor het team is zo’n Europese wedstrijd ook weer een manier om een stap vooruit te zetten.”
Hoe koud is het in Novosibirsk?
Of Rauwerdink c.s. zich na de return van 19 december in het nationale sportcentrum van Crystal Palace mogen opmaken voor een ‘midweek’ Siberië, heeft hij slechts gedeeltelijk in eigen hand. Bij plaatsing voor de achtste finale zou DraismaDynamo moeten aantreden tegen de winnaar van de dubbele confrontatie tussen het Franse VB 52 Chaumont tegen het Russische Lokomotiv Novosibirsk “Ik zie Novosibirsk nog niet zo makkelijk van Chaumont winnen. Maar als we in februari in de volgende ronde naar Siberië moeten, dan wordt dat met zekerheid een hele belevenis”, aldus de 337-voudige international.
Het verre oosten van Rusland is voor de globetrotter uit Zeist geen onbekend terrein. “Met Olympiacos ben ik in Surgutgeweest. Dat ligt ook ergens die kant op. Net als Novosibirsk is het heel ver weg”, beseft Rauwerdink dat Draisma Dynamo zich warm zal moeten aankleden voor het geval er tickets voor de Oriënt Express moeten worden geboekt.
Tekst: Rob Kruitbosch
Fotografie: Wout van Zoeren