De nationale beker won hij al met twee verschillende clubs. Drie keer heette de verliezend finalist… Draisma Dynamo! Wat hem als speler van zowel Orion als van Lycurgus niét lukte, wil Erik van der Schaaf in Apeldoornse dienst wél voor elkaar krijgen. Met Draisma Dynamo hoopt de 29-jarige passer/loper eindelijk een landstitel aan zijn persoonlijke erelijst toe te voegen.
Met zijn komst bracht de routinier een welkome dosis ervaring mee naar Apeldoorn. De oud-speler van Zaanstad, Orion, Lycurgus en Sliedrecht Sport voegt stabiliteit en rust toe aan Strikwerda’s ‘jeugdplusteam’. Toeval of niet, maar zonder de absente nieuwkomer ging Draisma Dynamo op zondag 12 maart kansloos onderuit in Doetinchem. Al wil de bescheiden inwoner van Den Haag zijn inbreng zelf niet overwaarderen. “Ze kunnen het ook prima zonder mij hoor. Vanwege een studiereis met m’n werk kon ik er helaas niet bij zijn tegen Orion. Dat stond al langer vast.”
Omdat het tenue met het nummer 22 op zich liet wachten, debuteerde Van der Schaaf voor zijn nieuwe club in het shirt dat toebehoorde aan de geblesseerde Tijmen Laane. Meer last had hij van de fysieke achterstand waarmee hij in januari zijn opwachting maakte in de Draisma Dynamo Arena.
“Dat viel wel even tegen, ja. Ik had een poosje niets gedaan. Het is moeilijk te bevatten dat je in zo’n korte periode zó achteruit kan gaan. In het begin deed het pijn wanneer ik een bal sloeg. Inmiddels niet meer. Het goede gevoel kwam vanzelf weer terug. Toch duurde dat wel bijna een maand. Ik kreeg ook last van m’n bovenbeen. In combinatie met dat m’n onderrug vastzat. Dat had te maken met overbelasting. Waarschijnlijk was er sprake van een verrekking. Ook dat is hersteld”, spreekt Van der Schaaf de hoop uit dat hij in de beslissende fase van het seizoen in het volle bezit van zijn krachten is.
Het begon voor hem ooit als klein jochie in Diemen, de plaats waar hij opgroeide. Omdat zijn vader en zijn broer er volleybalden ging de jongste Van der Schaaf ook aan de slag bij Smashing ’72. Ondanks zijn geringe lengte (1,90 metermet schoenen aan…) groeide hij sindsdien uit tot een volwaardig eredivisie-volleyballer. Zijn eerste kennismaking met Redbad Strikwerda, zijn huidige coach, dateert uit hun gezamenlijke tijd bij Orion. “In mijn eerste seizoen bij Orion was Goran Aleksov trainer. In het tweede jaar kwam Redbad. Ik heb er echt van genoten om met hem te werken. Redbadsvisie op het volleybalspelletje sluit aan bij mijn eigen visie. Als jij ervoor wilt gaan, wil hij je daarbij aan alle kanten helpen. Hij is daarin wat pro-actiever dan andere trainers”, is Van der Schaaf duidelijk in zijn oordeel over zijn trainer.
In Zaanstad, waar hij zijn eredivisiedebuut beleefde, switchte de toenmalige diagonaalspeler naar de passer/loper positie. Bij zijn overstap van Orion naar Lycurgus in het seizoen 2018-2019 volgde een kortstondig experiment als libero. “Lycurgusgaf me daar alle ruimte voor, maar door blessures speelde ik de eerste maanden toch als passer/loper. Daar heb ik het wel lastig mee gehad. De tweede helft van het seizoen speelde ik wel als libero. Vooral de topwedstrijden waren hartstikke leuk. Over het algemeen heb je als libero toch wat minder te doen. Ik werd in die rol niet tot het maximale gedreven en kon er m’n energie moeilijk in kwijt”, verklaart hij dat zijn persoonlijke voorkeur toch meer uitgaat naar een rol als passer/loper.
Als libero werd hij in 2019 met Lycurgus bijna landskampioen, maar niet helemaal… In de misschien wel meest controversiële ontknoping in de geschiedenis van het Nederlandse clubvolleybal verpestte uitgerekend zijn oude club Orion op het allerlaatste moment het Groningse feest. “Dat was het jaar met die beslissende wedstrijd in de play-off finale met die ene bal die duidelijk uitviel maar ingegeven werd… Ik heb in die drie jaar bij Lycurgus genoeg finales gespeeld. Alleen met de landstitel lukte het steeds net niet.”
De ‘hoofdprijs’ lijkt Van der Schaaf al wel te hebben gewonnen op maatschappelijk vlak. “Ik wilde altijd iets doen met computers. Ik heb m’n bachelor informatica. Ik ben iets gaan zoeken in de securitykant en werk nu al een aantal jaren bij Computest Security in Zoetermeer. Wij testen applicaties en geven advies. Mijn officiële titel is security specialist. Ze noemen het ook wel ethical hacker. Als je het zo noemt, dan klinkt het wat spannender.”
De afstand vanaf het kantoor van zijn werkgever in Zoetermeer vormt geen belemmering om meermaals in de week op te draven in de Draisma Dynamo Arena. “Ik heb een heel goede werkgever. Ik werk fulltime. Veertig uur in de week. Daarom heb ik er zeker wel over nagedacht of dat te combineren viel met volleyballen in Apeldoorn. Als het voor een heel jaar was geweest, had ik het waarschijnlijk niet gedaan”, legt de pendelaar uit.
Na ruim drie maanden voelt Van der Schaaf zich desondanks al prima ingeburgerd bij Draisma Dynamo. “Ik heb altijd wel contact gehouden met Redbad. Nadat hij mij belde om te vragen of we eens konden praten, waren we snel rond. De groep en trainers trokken mij erg aan. De meeste spelers kende ik wel. Bij Zaanstad heb ik Yannick Bak zelfs nog training gegeven. Joris Berkhout ken ik ook uit die hoek. Vanaf moment één ben ik heel fijn opgevangen.”
Hij sluit zeker niet uit ook komend seizoen voor DraismaDynamo te blijven volleyballen. Al moet er dan wel iets bedacht worden om het woon-werkverkeer minder inspannend te maken. “Ik ga erover in gesprek met het bestuur. Als ik blijf, zal ik wel moeten verhuizen. Dat hoeft dan niet per se in Apeldoorn te zijn. Ik ben erover aan het nadenken.”
Eerst wil hij echter het huidige volleybaljaar tot een goed einde te brengen. In de beslissende fase van het seizoen is Van der Schaaf met Draisma Dynamo nog op twee fronten actief. De dubbel ligt voor het grijpen. Een bekerfinale winnen mét Draisma Dynamo – en niet zoals in 2017 (met Orion) of 2020 en 2021 (met Lycurgus) tégen Draisma Dynamo – zou een bijzondere hattrick opleveren. En dan bestaat er uiteraard ook de kans op de enige prijs die nog op zijn conduitestaat ontbreekt: het landskampioenschap.
Erik van der Schaaf heeft er zin in. “In zo’n bekerfinale gaat het er alleen maar om dat je ‘m wint. Doe dat maar eens met de druk die er opstaat. Persoonlijk vind ik dat wel mooi. Ik laat me niet zo snel gek maken. Iedereen wil een prijs winnen. De tripple gaat helaas niet meer lukken. Bij die wedstrijd tegen Lycurgus deed ik nog niet mee, maar zat ik wel op de tribune. De dubbel winnen, kan. Al ligt het dit seizoen allemaal helemaal heel dicht bij elkaar. Het is in jaren niet zo spannend geweest.”
Wat zijn meest memorabele volleybalmoment is? “Die wedstrijd die wij met Lycurgus wonnen, maar uiteindelijk niét wonnen, blijft me altijd bij. Maar hetzelfde geldt voor de eerste keer dat ik de beker won. Of als ik binnenkort voor het eerst kampioen word. Daar doe je het voor, voor dat soort wedstrijden.”
📸Wout van Zoeren