Draisma Dynamo is er niet in geslaagd de nationale beker te veroveren. In de eerste wedstrijd na de gedwongen corona-onderbreking ging de Strikwerda-equipe in Groningen zondagmiddag met 3-1 onderuit tegen bekerhouder Amysoft Lycurgus.
De start van de wedstrijd was al niet bepaald hoopgevend. In de eerste set kwamen Manenschijn, Rauwerdink, Van Zeist, De Weijer, Blom, Hoogendoorn en libero Klok er nauwelijks aan te pas. Ze moesten een passend antwoord op het serverende en aanvallende geweld van met name Cross schuldig blijven. De set ging tamelijk kansloos met 25-16 verloren.
Het tweede bedrijf begon voorspoediger. Uit een sterke opslagbeurt van Nico Manenschijn liep Draisma Dynamo meteen uit naar 1-8. Hoewel de Groningers hun achterstand terugbrachten van zeven tot twee punten (16-18), kwamen ze niet meer langszij: 20-25 setwinst voor de bekerwinnaar van 2019.
In de derde set keek Draisma Dynamo voortdurend tegen een kleine achterstand aan, maar leek het de score in de spannende slotfase alsnog een beslissende wending te kunnen geven. Door toedoen van Sjoerd Hoogendoorn draaide het een 23-20 achterstand om in een 23-24 voorsprong. Het setpunt werd evenwel niet verzilverd, waarna Amysoft Lycurgus met 27-25 alsnog aan het langste eind trok.
Het kleine beetje extra dat nodig was om Cross c.s. aan het kruis te nagelen, ontbrak ook in de vierde set. Opnieuw liep Draisma Dynamo voortdurend achter de feiten aan. Op de service van Joris Berkhout kwam het weliswaar terug van 18-14 tot 18-17. Dichterbij kwam het niet. Met 25-21 besliste Amysoft Lycurgus de set in haar voordeel en verzekerde het zich na de Supercup in oktober nu eveneens van de nationale beker.
Veel tijd om te treuren krijgt Draisma Dynamo niet. Al over drie dagen wacht de volgende confrontatie met de Groningers. Na dit bedorven voorgerecht mogen de mannen van Strikwerda vanaf woensdag de tanden zetten in de hoofdmaaltijd. De tot een best-of-three serie ingekorte play-off finale om de landstitel begint met een thuiswedstrijd in de Draisma Dynamo Arena.
Tekst: Rob Kruitbosch || Fotografie: Wout van Zoeren